Navigeer

Erelonen en conventie

Ereloonsupplementen bij een raadpleging

De conventiestatus bepaalt of een arts al dan niet ereloonsupplementen mag aanrekenen bij een raadpleging.

Geconventioneerde artsen houden zich aan de tarieven die op nationaal niveau zijn afgesproken tussen de geneesheren en verzekeringen. Zij rekenen bijgevolg geen ereloonsupplementen aan.

Niet geconventioneerde artsen zijn niet toegetreden tot deze akkoorden en kunnen in principe hun tarieven zelf bepalen. Zij kunnen dus supplementen of erelonen aanrekenen.

Gedeeltelijk geconventioneerde artsen bepalen op voorhand op welk moment van de week zij aan conventietarief werken en op welke momenten niet.

De conventiestatus van de arts vind je terug op onze website bij de artsen
De conventiestatus van een arts vind je ook terug op de site van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

Ereloonsupplementen bij een (dag)opname
 

Indien je op eigen verzoek opgenomen wordt op een individuele kamer, kan elke betrokken arts bovenop het conventietarief een ereloonsupplement aanrekenen. Het supplement wordt uitgedrukt in procenten. In het SFZ mogen de artsen maximaal 150% ereloonsupplement aanrekenen. Dit geldt voor alle artsen die bij de ingreep of behandeling betrokken zijn (bijvoorbeeld anesthesist, cardioloog, ...), ongeacht of deze arts geconventioneerd is of niet. De plastisch chirurg is hier een uitzondering op, deze mag maximaal 300% aanrekenen.

De tarieven voor esthetische ingrepen zijn niet bij wet vastgelegd, hiervoor informeer je best vooraf bij de arts over de tarieven die gehanteerd worden. 

OPGELET:  Zowel kamersupplementen als ereloonsupplementen moet je zelf betalen, tenzij je over een bijkomende hospitalisatieverzekering beschikt die deze kosten dekt. Het ziekenfonds of de arbeidsongevallenverzekering betalen deze supplementen niet terug. Bij twijfel informeer je best bij je verzekering.