1/ Voorbereiding ter preventie van jodiumcontrast nefropathie:
Voorbereiding bij toediening van intraveneus jodium houdend contrast is enkel noodzakelijk bij een serumcreatinine > 2 of eGFR < 30, volgens onderstaand schema:
Ambulante patiënten via het dagziekenhuis
|
Risico |
Dag 0 |
Dag 2 |
Serumcreatinine > 2.0 mg/dL
of
eGFR <30 mL/min/1.73m²
|
Duidelijk verhoogd
|
* NaCl 0.9 % IV: start 1 uur voor het onderzoek aan 3mL/kg/u;
Na 1 uur de infuussnelheid verlagen:
* tot 1 mL/kg/u tijdens het onderzoek tot 6 uren na het onderzoek
ofwel:
* tot 1.5 mL/kg/u tijdens het onderzoek tot 4 uren na het onderzoek |
Controle serumkalium + serumcreatinine na 48 uren |
Gehospitaliseerde patiënten
|
Risico |
Dag -1, dag 0 en dag +1 |
Dag 2 |
Serumcreatinine > 2.0 mg/dL
of
eGFR <30 mL/min/1.73m²
|
Duidelijk verhoogd
|
* NaCl 0.9 % IV: start 12 uur voor het onderzoek aan 1mL/kg/u en laat lopen tijdens het onderzoek tot 12 uren na het onderzoek |
Controle serumkalium + serumcreatinine na 48 uren |
2/ Ter preventie van nefrogene systemische fibrose wordt best geen gadolinium toegediend bij een serumcreatinine > 2 of eGFR < 30